Makkelijke abrikozenclafoutis
Clafoutis, dat oorspronkelijk uit de Limousinstreek in Frankrijk komt, kan met bijna elk fruit worden gemaakt. De abrikozenversie is een van onze favorieten. Abrikozen in een licht, geurig deeg, gebakken in de oven, geven een textuur die zowel zacht is als smelt op de tong. Een heel eenvoudig recept dat in een paar minuten gemaakt kan worden. Het is onweerstaanbaar!
Ingrediënten
Materialen
- Deegkom
- Klopper
- Springvorm taartvorm (22cm)
Voorbereiding
- Breek de eieren in een beslagkom en voeg de suiker toe. Klop tot een gladde massa.
- Voeg de bloem en gesmolten boter toe en meng opnieuw.
- Voeg als laatste de melk en vanille toe en meng goed.
- Was en halveer de abrikozen zorgvuldig en verwijder de pitten. Leg de abrikozen dicht op elkaar in een beboterde vorm.
- Giet het mengsel uit de beslagkom voorzichtig in de vorm.
- Laat rusten terwijl je de oven voorverwarmt op 200°C.
- Plaats in de oven en bak 45 minuten
- Haal uit de oven en laat afkoelen.
- Serveer warm of koud, afhankelijk van je smaak en je vermogen om te wachten :)
Waarnemingen
Kies rijpe abrikozen. Als ze erg groot zijn, kun je ze in vieren snijden. Zorg ervoor dat ze stevig genoeg zijn om niet uit elkaar te vallen tijdens het koken.
Beboter het blik: Om te voorkomen dat het deeg plakt, beboter je het clafoutisblik royaal voordat je de abrikozen erin doet. Je kunt het blik ook bestrooien met suiker om een lichte karamelisatie te krijgen.
Laat het deeg rusten: Laat het deeg na bereiding ongeveer 15 minuten rusten. Zo kunnen de smaken zich ontwikkelen en wordt het deeg iets dikker.
Laat afkoelen voor het serveren: Laat de abrikozenclafoutis na het bakken een beetje afkoelen voor je hem uit de vorm haalt. Serveer warm of op kamertemperatuur, met een bolletje vanille-ijs of een toef slagroom.