Petitchef

De Letteren: #Comfortfood

De Letteren: #Comfortfood Janneke. Op m'n mat.
Soms word ik 's ochtends vroeg verrast. Een paar weken geleden op een zaterdagochtend was het wel heel bijzonder. Onder aan de trap, op de mat, lag Janneke in, uhm, niet geheel geklede staat. Nee, niet de schrijfster zelve. Gelukkig maar, het had anders het nodige uitleggen van me gevergd. Haar boek. Dat over troosten, gerieven en eten. Dát.
Geen idee waar ik de eer aan te danken had. Bankafschriften nagekeken, niks besteld. Betaald althans. Nou lees ik graag kookboeken, dus de bijzondere verrassing was wat mij betreft een welkome verrassing.

Blauwe Maandag is natuurlijk dé dag om aandacht aan het boek te besteden. Op Twitter gaat het er de gehele dag al over. De afzender van de meest sippe tweet mag het boek binnenkort op de mat verwachten. Zwelgen in sip loont. Op deze derde maandag in januari.
Het boek gaat gelukkig níet alleen over sneu gesip. Het gaat over eten waar je je lekker bij voelt, of waar je je lekkerder van gaat voelen. Met behulp van ongecompliceerde recepten. Dat mag wel, als je jezelf als een Baron van Münchhausen uit je aardse tranendal wilt trekken. Dan heb je geen zin in gerechten met een mise en place die het totaal ontruimen van ieder horizontaal oppervlak in de keuken vragen. Klein stukje aanrecht, een pit, een oven. Klaar.

Het boek is ingedeeld in een twaalftal hoofdstukken, waarvan er 9 over eten maken gaan. Ieder hoofdstuk krijgt een inleiding rondom het thema van dat hoofdstuk. Een aantal pik ik er uit. Pure willekeur, maar anders wordt dit een te lang verhaal.

We leren bij 'Slow Start' dat Janneke niet ontbijt. Nou, tot goed halverwege de ochtend niet. Maar daarna kan ze flink tekeer gaan. Vrouw naar m'n hart: bij haar gaat er bij wijze van ontbijt ook prima iets in dat anderen voor een avondhap verslijten. Daar krijgen we dan ook recepten voor. Hulde!
In het hoofdstuk 'Retro' komt, om het maar onparlementair te zeggen, de oude meuk op tafel. Bij het lezen merk ik een leeftijdsverschil met de schrijfster. Toen ik kind was, was er nog tot snot gekookte andijvie en andere ellende. Enig exotisch buitenbeentje was nasi, naar het recept van m'n ome Jaap. Die had dat opgedaan als scheepskok op een sleper van Smit in de Oost. Later kwam daar de macaroni bij. Van Honig, of California, daar wil ik van afwezen. Uitje bakken, boterhamworst, blikje tomatenpuree. Kaas herinner ik me niet. Kan aan mij liggen. Culinair gezien heb ik een slechte jeugd gehad, als ik de recepten van Janneke lees. Maar, misschien betreffen de recepten gepimpte versies van wat haar werd voorgeschoteld.
In 'Toekomstgeluk' kan ik me als worstmaker geheel herkennen. Niet dat ik van de jams en de confitures ben. Maar aan de slag met vlees op zo'n manier dat je er over een tijdje plezier van hebt, dat is wel mijn ding. Bouillons maken: geweldig! Urenlang een pan met botten en water op de pit. Pruttel. Een tijd niks. Pruttel. En sinds kort heb ik me ook op het inmaken van groente gestort. Dat doet het erg goed bij cateringen.
Bij "Voor jezelf' kom ik een recept tegen dat mij lijkt te leiden tot de noodzaak van toekomstig troosten. De nabestaanden. Van degene die de 'Elvis' naar binnen heeft gewerkt.

Janneke Vreugdenhil heeft met 'Comfortfood' een heerlijk kookboek geschreven, met talloze foto's van haarzelf en haar gerechten. Ze krijgt het voor elkaar om heel zintuiglijk te schrijven en daarbij alle vijf mijn zintuigen al bij het lezen aan het werk te zetten. De recepten komen van over de hele wereld. Ik hoef niet naar de grutter om pakjes, potjes en zakjes te kopen. Alle smaken in de recepten maak je zelf. Iets waar ik een groot voorstander van ben. Wat ik miste, was een recept waarbij je 's ochtends vroeg al de keuken in verdwijnt en dan de hele dag aan de slag bent. Dat is voor mij wel erg behaaglijk.
Maar, al met al, een aanrader!

(Het is overigens wel een gewichtige turf. Het maakte dat ik de 'recepten per kilogram' index bedacht. Voor 'Comfortfood' komt die uit op 105. Neem een steekwagentje mee als je dit boek gaat kopen.)

Ik kookte uit het boek de geurige gebraden kip met citroen en tijm uit het hoofdstuk 'Ovenwarmte'. Daar heb je voor nodig:

1 hele kip met een kipwaardig verleden, op kamertemperatuureen handje verse tijm1 (onbespoten) citroen, schoongeboend75 gram boter, op kamertemperatuurgrof zeezout
Houd eenderde van de tijm apart en ris van de rest de blaadjes af. Rasp de schil van de citroen. Prak tijmblaadjes, citroenrasp en een handjevol zeezout door de boter.
Verwarm de oven voor op 200º. Leg de kip op haar rug en maak de huid van het borstvlees los door er voorzichtig je hand onder te schuiven. Keep het dikste deel van de poten in en maak met twee vingers hier ook de huid los. Dat lukte mij overigens ook vanaf het lijf, dus ik liet dat gekeep achterwege. Prop en masseer tweederde van de citroen-tijmboter in de holtes. Wrijf de kip rondom in met de resterende boter, bestrooi met peper en nog wat zout. Stop de rest van de tijm en de citroen in de buikholte.
Leg de kip op de borst op een rooster en plaats dat in een ovenschaal. Schuif de kip 40 minuten in de oven en draai haar dan op haar rug., zodat ook de borst een goudbruin korstje krijgt. Laat de kip zo nog 20-40 minuten verder garen. (Een grote biologische kip heeft misschien wel 1,5 uur nodig. Ik had een biologische Kemper Landhoen van een zeer dikke twee kilo en die kwam goed aan die tijd). Controleer de gaarheid door een mes in het dikste deel van de dij te prikken, het vocht dat eruit loopt moet helder zijn.
Gun de kip een kwartiertje rust voordat je haar aansnijdt.

De kip van Janneke. Met broccoli en in ganzenvet geroosterde aardappelen.









Beoordeel dit recept:
Genereer een andere beveiligde code  =